Kritische vragen over subsidies en investeringen kunnen de culturele sector helpen
- Ina Lodewyckx
- Nov 20, 2019
- 2 min read

Natuurlijk is die vijf miljoen euro die er niet is voor projectsubsidies in de culturele sector, er wel. Meer nog, er is zelfs veel meer. Het is louter een kwestie van je perspectief op de situatie.
Het nodige bedrag staat gelijk aan 25% van het bedrag voor de uittredingsvergoedingen voor politici gereserveerd voor 2019. Via de kaasschaafmethode 25% van die vergoedingen afstaan aan projectsubsidies in de kunstensector, is niet onoverkomelijk moeilijk. Je kan het natuurlijk niet verplichten, maar deze maximum 128 mensen die in 2019 zulke vergoeding opeisten, zouden zonder zich te verarmen veel meer dan 128 mensen in de cultuursector aan het werk houden. Ze zouden er zelf een daad van ‘maatschappelijk verantwoord politiek beleid’ in kunnen zien. De verplichting tot het betalen van correcte vergoedingen aan cultuur staat helaas niet in de wet, die tot overdreven vergoeden van politici wel. Wat we hierbij onder de radar houden is dat het gaat over wetgeving, een menselijke constructie, een veranderlijke variabele. Enkel koppigheid van politici houdt verandering tegen.
Maar het is niet zo’n probleem als uittredende politici hiervoor passen, ook de farmasector biedt mogelijkheid tot ruimdenkendheid. De afgelopen vijf jaar heeft de Belgische belastingbetaler 2,8 miljard euro aan onderzoek in de farmaceutische sector geïnvesteerd met een onduidelijke return on investment (lees: ‘wat is de maatschappelijke relevantie van deze investering?’). Niet alleen zal de burger weinig merken als de overheid vijf miljoen euro bestemd voor de farma richting cultuur verschuift, ook de farma zal een besparing via de kaasschaafmethode nauwelijks voelen. Ze zouden het als een daad van ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ kunnen verkopen.
Ook op Europees niveau zijn er fondsen te vinden voor cultuur. Zo zou men bijvoorbeeld de Europese landbouwsubsidies grondig onder de loep kunnen nemen en zich afvragen of het echt nodig is om de aardappelteelt te subsidiëren. Een omslag in denken over bepaalde Europese subsidies zou niet alleen de cultuursector helpen, het zou zelfs een wereld verbeterend effect kunnen hebben. Kan verkondigd worden als ‘maatschappelijk verantwoord Europees beleid voeren’.
We kunnen ons tot slot laten afleiden door de belachelijke 1,2 miljoen euro die Vlaams Belang aan sociale media campagnes zou hebben uitgegeven om te staan prediken voor bekeerden. Maar weten we waar andere partijen de subsidies die zij gekregen hebben, in hebben geïnvesteerd? In 2018 bedroegen de subsidies voor partijfinanciering 44 miljoen euro.
Geld op overschot, het hoeft dus niet allemaal naar cultuur te gaan, er zijn nog andere zachte sectoren waar een grotere subsidie maatschappelijke winst zou kunnen opbrengen. En voor wie hieraan twijfelt, nog twee kritische vragen:
- zouden subsidies aan cultuur, sociale cohesie, armoede, welzijn of het verenigingsleven minder return on investment opleveren dan gelijkaardige subsidies aan uittredende politici of de farmaceutische sector?
- Zouden ze meer economische schade berokkenen dan de subsidies aan het huidig Europees landbouwbeleid?
Alles hangt af van ons perspectief op geld, op return on investment, op wat een goed leven en een goed samenlevingsmodel is. Daar is niets choquerends aan.
Comments